Mode en architectuur

Door: Maarten Engelman 17.12.2018

Mode en architectuur. Misschien zou je deze twee begrippen niet zo snel met elkaar verbinden. Toch zijn er best veel raakvlakken. 

Mijn vriend Leon had de beste herenmodezaak van Zuid-Nederland. Vanaf mijn vroege volwassenheid leerde hij mij hoe ik mij moest kleden. Niet modieus, niet chique of casual: tijdloos was zijn advies. Hij leerde mij kijken naar de textuur van stoffen. Naar vakmanschap, details en combinaties. En naar of iets mij al dan niet staat. Leon kende al zijn klanten persoonlijk. Hij kocht zijn kleding in met specifieke klanten in gedachten. “Ik heb wat voor je”, zei hij dan als je bij hem in de winkel kwam. Die suggestie was vrijblijvend. Maar meestal was het raak. Dan lag daar een mooi jasje voor je klaar. Daar moest dan nog een mooi hemd, een mooie broek, en misschien wel een mooie stropdas bij. Maar drie keer mooi is lelijk, aldus Leon. “Goede combinaties maken is concessies doen”, zei hij altijd. Jarenlang heb ik plezier gehad van dit modebeleid. Ik liep niet voor aap en kon de kleren lang doordragen. Duurzame kleding dus, dat is pas mooi!

Vluchtigheid versus verdieping

Net als zoveel anderen, had ook ik de Pinterest app op mijn telefoon de afgelopen jaren. Uiteraard met een specifieke belangstelling voor architectuur. De grote hoeveelheid beelden leidde er echter toe dat ik door de bomen het bos niet meer zag. Dan merk je dat sociale media – bijna zonder dat je het door hebt – aanzetten tot vluchtigheid bij het kijken. Ik besloot dan ook afscheid te nemen van deze vrijblijvendheid, en mij te richten op verdieping.

De opkomst van bizarre architectuur

Het valt mij op dat er steeds meer ‘modieuze’ gebouwen verschijnen. Ze worden gekenmerkt door een combinatie van veel te veel bijzondere elementen. Ook hier geldt: overdaad schaadt. Het lijkt alleen nog maar te draaien om vernieuwing, beleving, originaliteit en het toepassen van exotische architectuurstijlen. Dit leidt tot bizarre architectuur. Er is minder belangstelling voor het detail en de ambachtelijkheid. Voor hoe het past in de omgeving, het ensemble. Ik pleit voor meer soberheid, minder vormwil, en meer focus op bouwen voor de lange termijn. Duurzame architectuur dus, dat is pas mooi!